Plan

Periode
januari - juni 2009

Doel
Ik wil het resterende tweede schooljaar gebruiken om een beter beeld te krijgen van de ‘Rotterdamse ontwerp Scene’.
- welke verschillende bureaus zijn er in Rotterdam (groot/klein)?
- welke klanten hebben deze bureaus?
- wat voor werk maken ze?

Wanneer ik in kaart heb gebracht welke ontwerpbureaus er in Rotterdam zijn en wat hun werk is, kan ik gerichter nadenken over mijn Beroepspraktijk Voorbereiding. Bijvoorbeeld of ik bij een van deze bureaus stage zou willen lopen of dat ik mijn BPV op een andere manier vorm geef. Aan het eind van deze periode wil ik dat helder hebben.

Hoe
- websites bezoeken
- gegevens opvragen bij organisaties als BNO
- rondvragen bij anderen
- eventueel contact opnemen met een aantal bureaus

Toekomstbeeld

Het spreekt me aan om in een klein team te werken, waarin je elkaar kunt aanvullen en versterken en bovendien van elkaar kunt (blijven) leren. Het lijkt me ideaal om een soort van samenwerkingsverband aan te gaan met gelijkgestemden, waarin je een werkruimte deelt en ook samen opdrachten kunt hebben, maar toch je zelfstandigheid blijft behouden.

De opdrachten waar ik me in de toekomst mee bezig wil houden liggen in een ideale situatie in de non-profit hoek en dan vooral gericht op de culturele sector.

Rotterdam, de stad waarin ik woon, heeft de laatste jaren een inspirerend werkklimaat opgebouwd. De stad heeft creatieven steeds meer te bieden en profileert zich daar ook meer en meer mee. In deze stad voel ik me prettig en ik zie de werksituatie zoals hierboven geschetst in eerste instantie in Rotterdam plaatsvinden.

In aanloop naar mijn ideaale werksituatie zou ik wel mee willen kijken bij verschillende bureaus om te zien hoe dat er aan toe gaat. Dan vind ik het wel interessant om verschillende soorten bureaus te zien en niet alleen bureaus die zich richten op non-profit. Dus grote commerciële bureaus, maar ook de kleinere bureaus of de eenmanszaak.
Aangezien ik geen achtergrond heb in het grafische vak wil ik weten wat er speelt en hoe het zit.

plusplusplusplusplus minminminminmin

+++++

Open minded
Een ‘open mind’ hebben vind ik een van de belangrijkste kwaliteiten die een ontwerper moet bezitten. Open staan voor ‘alles’ en niet klakkeloos de massa volgen. Verder kijken dan wat iets op het eerste gezicht lijkt. Vragen blijven stellen en je ontwikkelen. Zonder deze eigenschap zou mijn leven heel saai zijn.
Breed interesseveld
Mijn interesseveld is vrij breed. Dit maakt dat ik me goed in kan leven bij nieuwe opdrachten, doelgroepen makkelijk kan visualiseren en goed in contact sta met ‘de wereld om ons heen’.
Communicatie-achtergrond
Mijn communicatie-achtergrond is soms onhandig bij het ontwerpen, (dan denk ik misschien teveel vanuit de opdrachtgever). Maar ik zie hier toch vooral veel voordeel in. Denkend aan kennis en ervaring maar ook aan connecties.
Enthousiast
Met veel enthousiasme neem ik alle informatie over het grafische vak tot me, ik wil alles weten en inzicht hebben in de wereld van het vormgeven!
Samenwerken
Ik vind het interessant om met anderen te werken, iedereen heeft net weer een andere visie waardoor een ontwerp sterker kan worden. Door dit te waarderen maakt het dat je in een groep respect voor elkaar kunt opbrengen en er de meerwaarde van inziet.

- - - - -

Onzeker
Mijn grootste struikelblok is mijn onzekerheid. Ik wil meer vertrouwen op mijn eigen kunnen.
Chaotisch
Met 1000 dingen tegelijk bezig zijn (al is het maar in mijn hoofd) zit in de aard van het beestje. Hierdoor is het lastig te concentreren en aandacht erbij te houden. Wil meer structuur.
Te braaf
In mijn werk ben ik te braaf. Denk te vaak “wat wil men van mij zien” in plaats van “wat wil ik laten zien”.
Kom traag op gang
Ik ben iemand die bij nieuwe dingen even tijd nodig heeft om alles op z’n plaats te laten vallen. Meestal is dit OK, soms vertraagd het mijn proces enorm.
Tijdsplanning
Tja... deeltijdstudie, pittig. Een dag heeft 24 uur, daar moeten we het mee doen.

Conclusie 6x6

Zoekend naar een ‘rode draad’ in de door mij gekozen ontwerpen voor de 6x6 opdracht, kom ik tot de volgende conclusie:

• De ontwerpen lijken een soort simpelheid maar tegelijkertijd doeltreffendheid te bevatten. Er is geen onnodige poespas toegepast.
• Veel van het werk is gemaakt voor de non-profit sector richting de culturele hoek.
• Voor een aantal van de ontwerpen geldt dat die uitgaven normaliter niet heel spectaculair worden vormgegeven (zoals bv bibliotheekpasje en prospectus). Het spreekt me aan dat er in deze gevallen juist wel is gekozen voor spraakmakende vormgeving.
• In de meeste door mij gekozen ontwerpen zitten speelse elementen.
  

Kort samengevat kom ik tot de volgende kernbegrippen:

• simpel maar doeltreffend
• non-profit / culturele hoek
• spraakmakend ontwerpen op onverwachte dragers
• speelse elementen

Met deze kernbegrippen in het achterhoofd kan ik op zoek naar hoe ik mij verder kan oriënteren op de beroepspraktijk.

6 x 6: Bibliotheekpasje

1 Wie heeft het werkstuk gemaakt? (mits dit te achterhalen is)

Emiel Efdée http://www.uwontwerper.nl/

2 Waarom heb je dit werkstuk gekozen?

Toen in 2007 het nieuwe bibliotheekpasje kwam, was ik meteen helemaal weg van het ontwerp. Ik vind dit een mooi voorbeeld van hoe iets functioneels, toch mooi kan zijn. Zeker als je het afzet tegen het oude bibliotheekpasje.

3 Wat vind je geslaagd in het werkstuk en waarom?

De visuele weergave van het product ‘boeken’.
Ook dat het een beetje speels is, maar toch niet kinderachtig.

4 Wat is niet/minder geslaagd en waarom?

Ik vind het jammer dat al die verschillende logo’s erop staan.

5 Wat probeert de ontwerper over te brengen?

Dat de bibliotheek een levendige plek is.

6 Welke éne vraag zou je over het werkstuk aan de maker willen stellen en waarom?

Vind je het niet zonde van al die logo’s die erop moesten? Hoe pas je die uiteindelijk in, in je ontwerp?

Ik stel deze vraag omdat ik het zelf zonde vindt, en me afvraag hoe je daar in de praktijk mee om moet gaan.

6 x 6: Cover Items

1 Wie heeft het werkstuk gemaakt? (mits dit te achterhalen is)

Johan Nieuwenhuize http://www.johannieuwenhuize.nl/
Ton Hoogerwerf http://www.tonofholland.nl/
Dennis Koot http://www.koot.nu/

Moddereffect: Van Setten Zeefdruk http://www.settenzeefdruk.nl/

2 Waarom heb je dit werkstuk gekozen?

Ik ben gek op reliëfs, bijvoorbeeld coatings die gedeeltelijk zijn aangebracht. Maar ook hoogdruk/laagdruk.

3 Wat vind je geslaagd in het werkstuk en waarom?

Het effect wat het creëert, het nodigt uit tot aanraken. En wekt de interesse om verder te lezen.

4 Wat is niet/minder geslaagd en waarom?

Ik zou alle letters die erop staan in de mudcoating doen.

5 Wat probeert de ontwerper over te brengen?

Dat het themanummer over modder gaat.

6 Welke éne vraag zou je over het werkstuk aan de maker willen stellen en waarom?

In hoeverre hebben jullie de vrije hand gekregen voor de cover?

6 x 6: Affiches Bronx Zoo

1 Wie heeft het werkstuk gemaakt? (mits dit te achterhalen is)

Young & Rubicam, New York http://www.yr.com/
Creative Director: Richard Goldstein
Art Directors: Karisa Holyoak, Kristen Blake

2 Waarom heb je dit werkstuk gekozen?

Ik vind het boeiend dat dit ontwerp gebruik maakt van een bestaande ondergrond en daarmee een nieuw geheel vormt.

3 Wat vind je geslaagd in het werkstuk en waarom?

Sowieso wat ik bij punt 2 genoemd heb, maar ook dat het niet een heel druk ontwerp is. Het is vrij sober, maar heeft toch een grote impact door de uitwerking (combinatie met achtergrond).

4 Wat is niet/minder geslaagd en waarom?

-

5 Wat probeert de ontwerper over te brengen?

Ik denk dat de gedachtegang hierachter is dat de dierentuin ook deel uitmaakt van de stadse omgeving waarin zij gevestigd is.

6 Welke éne vraag zou je over het werkstuk aan de maker willen stellen en waarom?

Bij deze opdracht vraag ik me af wat precies de opdrachtomschrijving is geweest.